maandag 25 mei 2015


‘Eén dag. Eén ziekenhuis. Bergen sneeuw . En een beetje bloed.’
 Zo omschrijft Anna Woltz haar nieuwe boek.

Recensie Gips

Gescheiden ouders, huilende zusjes en knappe jongens… dat zijn de thema’s van het 20ste boek van Anna Woltz: Gips. Natuurlijk heeft ze het weer voor elkaar gekregen om een  super-succesvol boek te schrijven. In dit bijzondere verhaal word je meegenomen in de gedachten van een opstandig meisje dat het moeilijk heeft met de scheiding van haar ouders. Gelukkig vindt ze steun bij haar nieuwe ziekenhuisvrienden..

‘Mijn hoofd is een puinhoop. Terwijl ik terugloop langs computerschermen met kleurcodes en rinkelende telefoons die niemand ooit opneemt, wil ik alleen aan Bente denken. En als dat niet lukt, dan probeer ik aan papa te denken. Maar het gaat de hele tijd mis. Ik moet steeds aan Adam denken.’

Fitz is 12 jaar en boos. Haar ouders zijn gescheiden en ze moet de hele tijd heen en weer van het ene huis naar het andere: super-vermoeiend, vindt ze. Als haar zusje gewond raakt belanden ze met het hele gezin in de wachtkamer van het ziekenhuis. Daar ontmoet Fitz een bijzondere oudere jongen, Adam. Eerst vinden ze elkaar maar raar, maar al snel bedenken ze  de gekste plannen samen met een meisje dat ze toevallig vonden in het ziekenhuis, Prumela.

 

Oogt saai, maar even doorlezen!

Door de titel en de voorkant van het boek krijg ik een beetje de indruk dat het voor wat kleinere kinderen geschreven is maar gedurende het boek merk je aan de manier van schrijven dat het toch ook heel leuk kan zijn voor oudere kinderen of zelfs voor volwassenen. De manier waarop Anna Woltz je laat inleven in de hoofdpersoon Fitz is erg bijzonder.

Er gebeuren veel spannende, onverwachte dingen. Dat maakt het boek interessant. Omdat Fitz nieuwe mensen ontmoet in het ziekenhuis verandert haar gedrag ook een beetje.  Ze vindt Adam namelijk stiekem best wel leuk, dus merk ik dat ze toch gaat proberen om wat liever te doen,                         maar ze blijft ontkennen. Dat vond ik heel grappig om te lezen.

 

 
Anna Woltz

Anna Woltz is geboren in 1981 in Londen. Ze begon met schrijven toen ze twaalf jaar oud was en toen ze 15 jaar was besloot ze haar verhalen te publiceren.

Haar eerste kinderboek, Alles kookt over, schreef Anna Woltz toen ze zeventien jaar was. Ik heb dit boek zelf ook gelezen en het was jaren lang mijn lievelingsboek. Nu ik meer boeken van haar heb gelezen heb ik toch voorkeur voor haar nieuwere boeken omdat je merkt dat ze nu meer schrijfervaring heeft dus de verhalen toch steeds beter worden.

In 2012 won ze de Thea Beckmanprijs voor haar boek  Ik kan nog steeds niet vliegen. Ook dat boek heb ik vol plezier gelezen.

Haar boek Honderd uur nacht, werd in 2015 getipt als belangrijkste kanshebber voor drie prijzen: de Woutertje Pieterse Prijs, de Prijs van de Jonge Jury en de Gouden Lijst.  Dit boek is denk ik nu wel mijn favoriet omdat het zo anders maar toch herkenbaar is.